Bij deze oefening maak je eerst 10 meerkeuzevragen. Daarna maak je 10 vragen, waarbij je zelf een antwoord invult.
Een groot bloemenveld staat in het voorjaar vol met tulpen. Er staan honderdtweeëndertigduizend en driehonderdvijf tulpen.
Hoe schrijf je dit getal in cijfers?